“Wie niet oprecht is kwijnt weg, maar de rechtvaardige zal leven door zijn trouw. “

Habakuk 2:4

Het boek Habakuk kun je lezen als een les in vertrouwen op God: Habakuk kan zelf niet veel doen aan de ellende van zijn volk. Maar hij blijft geloven dat God de geschiedenis leidt, en het volk uiteindelijk zal redden. Vanuit dat vertrouwen durft hij zich tegen zoveel onrecht uit te spreken. Het is een bijzonder antwoord op de moeilijke en soms pijnlijke vraag waar God blijft als het tegenzit. God vergeet Zijn kinderen niet, maar is aan het werk. Habakuk mag er al iets van zien, maar ook al zien wij er nog niets van, het mag bemoedigen dat God ervan afweet en ermee aan het werk is. Voor de ongelovige is dat geen antwoord, maar de gelovige haalt er kracht uit. Het antwoord dat God geeft is tegelijk de bekendste tekst uit het Bijbelboek: de rechtvaardige zal door zijn geloof leven. Habakuk kan niet begrijpen dat God het laat gebeuren dat de Babyloniërs ongestoord allemaal weerloze mensen kunnen ombrengen of gevangennemen. Dan wijst God Habakuk op de rechtvaardige, want de vijand kan niet alles en iedereen aan zich onderwerpen. De rechtvaardige is niet te vangen, hij zal leven. Gelovigen zijn niet klein te krijgen, omdat God aan hun kant staat.

We mógen God alles vragen

“Vraag en er zal je gegeven worden, zoek en je zult vinden, klop en er zal voor je worden opengedaan.” Mattheus 7:7 Alles begint met onze relatie met God. Omdat we zijn kinderen zijn, mogen we Hem alles vragen, net zoals kinderen hun ouders alles zullen vragen. En net als bij kinderen die alles vragen, maar niet alles krijgen, zal…
Verder lezen

Recht doen in mijn eigen omgeving

“Er is jou, mens, gezegd wat goed is, je weet wat de HEER van je wil: niets anders dan recht te doen, trouw te betrachten en nederig de weg te gaan van je God.” Micha 6:8 Recht doen.
Rechtvaardigheid staat heel hoog op Gods agenda. Onrecht is de oorzaak van zoveel leed in de wereld van vandaag. Recht doen moet hoog…
Verder lezen

Carry me HOME

“Wij weten dat wanneer onze aardse tent, het lichaam waarin wij wonen, wordt afgebroken, we van God een woning krijgen: een eeuwige, niet door mensenhanden gemaakte woning in de hemel. Wij zuchten in onze aardse tent en zouden willen dat onze hemelse woning er nu al over wordt aangetrokken. We zijn er echter zeker van dat we bekleed zullen worden…
Verder lezen