“Al zal de vijgenboom niet bloeien, al zal de wijnstok niets voortbrengen, al zal de oogst van de olijfboom tegenvallen, al zal er geen koren op de akkers staan, al zal er geen schaap meer in de kooien zijn en geen rund meer binnen de omheining – toch zal ik juichen voor de HEER, jubelen voor de God die mij redt.”
Habakuk 3: 17, 18
Habakuk laat zich troosten door God. Geen klaagzangen, maar lofzangen. Zoals Petrus zong in de kerkers, zoals Daniël zong in de leeuwenkuil, zoals de gevangenen in de concentratiekampen de psalmen zongen, zoals ook vandaag nog zoveel christenen ondanks diepe ellende God zoeken, Hém de eer geven, zo ging Habakuk hen voor in de lofzang. Laat je die lofzang nooit afpakken. Zíng, voor God, die je Redder is, zing voor Hem, die je redt van de uiteindelijke eeuwige dood en jou een hoopvolle toekomst geeft!