“Toen de farao het volk had laten vertrekken, leidde God hen niet langs de weg die door het gebied van de Filistijnen loopt, ook al was dat de kortste route. God dacht namelijk: Als ze strijd moeten leveren, konden ze weleens spijt krijgen en teruggaan naar Egypte. Daarom liet Hij het volk een omweg maken en door de woestijn naar de Rietzee trekken.”
Exodus 13: 17,18
God laat zijn volk een omweg nemen. Niet de kortste route door het gebied van de Filistijnen, maar in de richting van de Rietzee en de woestijn. God wilde zijn volk leren overleven in de woestijn, in volkomen afhankelijkheid van Hem, van Zijn zorg en Zijn trouw. Hij wilde zijn wetten in hun hart schrijven. Soms heb je een woestijn, een omweg nodig om tot je doel, Gods doel, te komen. Wij hebben altijd haast. Tijd is geld. God heeft geen haast. Welke omweg, welke woestijn, heb jij gehad omdat God jou iets wilde leren?