“Handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan, maar acht in alle nederigheid de ander belangrijker dan uzelf. Heb niet alleen uw eigen belangen voor ogen, maar ook die van de ander. Laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had.”
Filippenzen 2:3-5
“Ik wil”……. hoe vaak gebruiken we dit zinnetje niet? En hoe vaak lijken we niet op een onwillige peuter die stampvoetend zegt: ik wil het en ik wil het nú? De meeste groten der aarde raken het nooit meer kwijt. Die willen álles en die willen het nú. Tegelijk: wijzen naar anderen is altijd gemakkelijk. Hoe zit dat met mijzelf? Ben ik ook niet op zoek naar altijd maar meer? Meer bezit, meer eer, meer aanzien? Filippenzen 2:5 wijst een andere manier van leven: laat onder u de gezindheid heersen die Christus Jezus had. Wie Christus heeft leren kennen, leeft ruimhartig.