“op het marktplein ging hij (Paulus) dagelijks in debat met de mensen die hij daar aantrof. Onder hen waren ook enkele epicurische en stoïsche filosofen, van wie sommigen zeiden: ‘Wat beweert die praatjesmaker toch?’ Anderen merkten op: ‘Hij schijnt een boodschapper van uitheemse goden te zijn,’ want hij verkondigde het goede nieuws over Jezus en de opstanding.”
Handelingen 17: 17 en 18
Jezus en Anastasia. De Grieken willen wel wat meer weten over die “uitheemse goden”, waar Paulus over spreekt. Paulus heeft het over Jezus en over zijn opstanding. In het Grieks wordt dit vertaald met “Anastasia”, dus denken de Grieken dat Paulus het over 2 goden heeft. Het is zo mooi om te zien dat Paulus zich op die manier aansluit bij zijn gehoor. Bij de Joden sluit Paulus aan op het oude Testament, de geschriften die zij kennen. De Grieken weten niet veel over de Bijbel. Daarom benadert hij hen anders. Zelfs in zijn woordkeus sluit hij aan op hun begrippen. Hij noemt in vers 24 het Griekse woord “kosmos” voor de aarde. Wat kunnen we van Paulus leren? Hoe sluit ik aan bij de belevingswereld van vandaag, een wereld die soms nooit van God heeft gehoord?